Vogels tellen als vrijwilliger

door Ferdinand ter Heide, bewoner Westerdokseiland.
Een jaar of 10 geleden gaf een interview in de NRC met Spinozapremie winnaar Theunis Piersma, hoogleraar trekvogelecologie mij veel stof tot nadenken. Hij schetste de bedreigingen voor de Nederlandse weidevogels, de grutto in het bijzonder. Deze iconische weidevogels dreigen te verdwijnen door de steeds intensievere landbouw en daardoor teruglopende biodiversiteit. Er is steeds minder geschikt leefgebied waardoor te weinig jonge vogels opgroeien om de populatie op peil te houden.
Dit voor mij nieuwe inzicht spoorde aan iets te doen. Zo gezegd zo gedaan. Een stukje vochtig weidevogellandschap in Waterland (boven Uitdam) kwam op mijn pad en dat wordt nu weidevogelvriendelijk beheerd.
Dat betekent hoge waterstand in voorjaar en zomer, (weidevogels houden van plasdras land) laat maaien, en weinig mest verspreiden voor een schralere vegetatie. Wel verspreiden wij organisch materiaal zoals gehakseld riet voor nestmateriaal en een beter organisch bodemleven. Dit weidevogelvriendelijk beheer is in goede handen bij Ton Pieters en Jan van der Geld, zeer ervaren natuurbeheerders. Zij monitoren de stand ter plaatse van de grutto, kievit, tureluur, scholekster, watersnip, veldleeuwerik, graspieper, diverse soorten eenden etc. Jan, Ton en vrijwilligers hebben in 2023 de vogeltellingen op 5 verschillende tijdstippen en gedurende telkens een dagdeel uitgevoerd, in april (1x) mei (2x) en juni (2x).
Zij hebben ongeveer een half uur per hectare nodig om een betrouwbare stand op te kunnen nemen en maakten gebruik van de Broedvogel Monitoring Project (BMP-methode). Zie www.sovon.nl/tellen voor uitleg over deze methode. Je kunt daar een handleiding downloaden met uitleg hoe je broedvogels telt: Handleiding BMP en kolonievogels. De tellingen in ons gebied in Waterland zijn eerst vanaf de randen van het gebied uitgevoerd. Later moesten de tellers het gebied doorkruisen omdat de hogere vegetatie het zicht op de (jonge) vogels belemmerde. Het broedseizoen 2023 leverde een gemengd beeld. Het vroege voorjaar was veel te koud, waardoor veel broedsels mislukten en tot in april waren er vele ganzen in het gebied. Nog 19 april werden er ca 10.000 brandganzen geteld in het gebied, en weidevogels voelen zich niet prettig tussen de lawaaiige en nerveuze ganzen die het gras weg eten en de bodem kaal trappen.
Toen het in mei warmer werd zijn veel broedparen dan ook opnieuw begonnen met broedsels en met succes.
Wij telden in een gebied van ca 36 hectare de volgende aantallen:
Kievit 34
Grutto 34
Scholekster 7
Tureluur 29
Watersnip 3 (zeldzaam)
Veldleeuwerik 18
Gele kwikstaart 4
Graspieper 5
enz.
Ten opzichte van eerdere jaren zijn dit oplopende aantallen, tot gemiddeld ca 6 paar broedvogel per hectare, overeenkomend met 600 per 100 hectare. Deze score steekt zeer gunstig af bij de officiële kwaliteitsbepaling van vochtig weidevogelgrasland (typebenaming N13.01). Deze scoort “hoog” wanneer meer dan 60 broedparen per 100ha van de kwalificerende soorten broeden. Ons gebied scoort dus 10x hoger. Een mooi resultaat. Wij hopen de grutto’s en andere trekvogels volgend jaar weer terug te zien na hun overwintering in West Afrika.
Zie ook www.opperwoudfoundation.org
Related Posts
Informatie buslijn
door Kees van der Staak Een aantal van ons zal er weinig last of profijtRead More
De Van Diemenstraat
Hij was me er een, die Van Diemen. Antonio van Diemen, ook Anthonie, Anthony ofRead More
